Welke apparatuur moet voldoen aan ATEX?

Kleppen en actuators die onder ATEX-richtlijn 2014/34/EU vallen, kunnen worden beschouwd als uitrusting, onderdelen of veiligheidsvoorzieningen, regelapparaten of besturingseenheden. Een klep onder deze ATEX-richtlijn bestaat uit:

• Klepbehuizing: deze heeft over het algemeen geen eigen ontstekingsbron, maar gebruikers moeten altijd rekening houden met elektrostatische ontstekingsrisico's.
• Kleptoebehoren (bijv. koppeling, adapter): deze vallen onder componenten en hebben over het algemeen geen eigen ontstekingsbron. Er moet echter rekening worden gehouden met alle ontstekingsbronnen.
• Aandrijving:
  • Mechanische aandrijving (bijv. pneumatisch, handbediend, transmissies): dit valt onder niet-elektrische apparatuur, waarvoor alle ontstekingsbronnen zoals mechanisch geproduceerde vonken, hete oppervlakken en elektrische ontladingen in aanmerking moeten worden genomen tijdens de risicobeoordeling.
  • Elektrische aandrijving (bijv. solenoïde, klepstandstellers): dit valt onder elektrische apparatuur, waarvoor tijdens de risicobeoordeling rekening moet worden gehouden met alle ontstekingsbronnen zoals mechanisch/elektrisch geproduceerde vonken, hete oppervlakken en elektrostatische ontladingen.

Een handbediende klep heeft bijvoorbeeld geen ATEX-certificering nodig, terwijl een elektromagnetische klep of een elektropneumatische klep die bestaat uit de elektrische actuator en het klephuis als compleet product ATEX-gecertificeerd moet zijn.

Bovendien moet niet-elektrische apparatuur die een eigen ontstekingsbron heeft, zoals drukregelaars, cilinders, enz. een ATEX-certificaat hebben. Als een elektrisch apparaat geen eigen ontstekingsbron heeft, zoals een filter of een smeermiddel, valt het niet onder deze ATEX-richtlijn.

Om te bepalen of u een ATEX-goedgekeurde klep nodig hebt, kan het onderstaande stroomschema als leidraad dienen. Als je twijfelt, neem dan contact op met onze technische ondersteuning voor meer informatie.

Aanvullende informatie